Wanneer starten met een plaswekker
Gelukkig wordt het bedplassen zelden veroorzaakt door een lichamelijke oorzaak, maar bijna altijd doordat de prikkels van een volle blaas tijdens de slaap niet (op tijd) worden herkend. Het kind slaapt en heeft niets door. Het heeft (nog) geen wekreflex ontwikkeld.
Dit wekreflex kun je uitstekend aanleren met de plaswekker. Tijdens de training gaat er een alarm als je kind de eerste druppels urine plast. Je kind wordt direct wakker van het alarm en in een reflex stopt het automatisch met plassen. Nadat je kind het alarm heeft uitgeschakeld, gaat het naar de WC om de plas af te maken.
In het begin van de training wordt je kind dus steeds gecorrigeerd als het begint te plassen. Binnen enkele weken zal je merken dat je kind ’s nachts minder plast en vaker uit zichzelf op tijd wakker wordt om naar de WC te gaan.
Plaswekkertraining draait om bewustwording
Bedplassen is onbewust plassen. Je kind is zich (niet op tijd) bewust dat het in bed begint te plassen. Om van het bedplassen af te komen, moeten we je kind bewust maken van wat er gebeurt. Het is ook wetenschappelijk bewezen dat de plaswekker hiervoor beste methode is.
De sleutel tot succes is snel en goed wakker worden van het alarm. Hierdoor wordt sneller en beter geleerd dat in het eigen lichaam de blaas signalen geeft aan de hersenen dat deze vol is en dat het tijd is om te gaan plassen. De hersenen moeten op hun beurt dit omzetten in een wekreflex, zodat je snel en op tijd wakker wordt.
Dit leren herkennen gaat het beste als je snel en goed wakker wordt van het alarm, dat af gaat op het moment dat de eerste druppels urine worden geplast. Je blaas is dan nog vol en je kan de prikkels van een volle blaas voelen. Na verloop van tijd gaan je hersenen het verband leggen tussen het wakker worden en de prikkels van de volle blaas.
Het kind moet het doen
Om de bewustwording te stimuleren helpt het enorm als je kind zoveel mogelijk handelingen zelf doet. Dus zelf snel en goed wakker wordt van het alarm (en niet wordt gewekt door een ouder). Daarna zelf het alarm uitschakelt en uit zichzelf direct doorloopt naar de WC om de plas te doen.
Na het plassen trekt je kind een droog sensorbroekje aan, klikt het zendertje er weer op om daarna lekker verder te slapen. Ook voor deze handelingen geldt dat het helpt wanneer je kind dit zoveel mogelijk zelf doet.
Dit zorgt ervoor dat je kind wordt geprikkeld zich bewust te zijn van wat er op dat moment gebeurt. Dit versnelt het leerproces aanzienlijk.
Adviesleeftijd 6 jaar
Er geldt geen officiële minimum leeftijd voor het inzetten van de plaswekkertraining. Desondanks adviseren wij de plaswekker in normale situaties pas vanaf 6 jaar te overwegen. De belangrijkste redenen hiervoor zijn:
- Bedplassen komt bij kinderen tot 6 jaar nog zoveel voor en is daarmee zo normaal, dat je ze ook kind kan laten zijn en kan wachten tot het moment dat bedplassen vanzelf over gaat.
- Zoals hierboven beschreven helpt het de voortgang van de training enorm als het kind zoveel mogelijk handelingen zelf doet. Het is de vraag of jongere kinderen dit goed kunnen. De training kan dan langer duren. Mogelijk te lang om de motivatie te behouden.
- De plaswekkertraining is het meest succesvol als het kind zelf gemotiveerd is en niet alleen de ouders. Is een kind < 6 jaar al zelf goed gemotiveerd om van het bedplassen af te komen?
Nu is de grens van 6 jaar natuurlijk wat arbitrair, want er zijn ook super gemotiveerde kinderen van 5 of misschien jonger, die echt helemaal klaar zijn met het bedplassen. Zij weigeren luiers te dragen en willen echt zo snel mogelijk ’s nachts zindelijk zijn.
Onze sensorbroekjes gaan vanaf maat 104/110, dus wij helpen ze graag. De training kan alleen wel iets langer duren, dus het is belangrijk dat je kind en jij de motivatie behouden.
Sommige zorgverzekeraars hanteren trouwens wel een leeftijdgrens om voor een vergoeding in aanmerking te komen.
Wanneer is de plaswekker misschien (nog) niet de juiste oplossing?
Zoals eerder aangegeven heeft het bedplassen zelden een lichamelijke oorzaak, maar het zou wel kunnen. Er kunnen bijvoorbeeld problemen zijn met de blaas of de urineweg, waardoor je kind ’s nachts plasongelukjes heeft. Dit is vaak ook overdag aan de volgende symptomen te herkennen:
- het plassen doet pijn
- de urine heeft een andere kleur, bijvoorbeeld troebel of donker
- de urine ruikt heel sterk
- het plassen gebeurt druppelsgewijs, of
- er wordt heel weinig geplast (zo’n 2 keer per dag)
Herken je een van deze symptomen? Neem dan eerst contact op met de huisarts.
Het is ook mogelijk dat je kind juist heel vaak en/of heel veel plast (minimaal 1 keer per uur). Dit zou kunnen betekenen dat je kind heel veel urine aanmaakt of een kleine blaas heeft waardoor het vaak moet plassen.
Maar het kan ook betekenen dat de zithouding van je kind tijdens het plassen niet optimaal is, waardoor bij het plassen de blaas niet goed leeg kan worden geplast. Hierdoor is de blaas weer sneller vol en moet je vaker plassen. Juf Sas geeft hier goede tips over in het super leuke boekje Juf Sas en de plasklas.
Als je kind overdag vaak plast, is de kans aanwezig dat je kind ook ’s nachts meerdere plasmomenten heeft. Je kunt je voorstellen dat een plaswekkertraining dan extra vermoeiend is, want je kind wordt bij elk plasmoment gewekt. Het is dan ook verstandig eerst het vele plassen goed onder controle te krijgen, voordat met de plaswekker wordt begonnen. De huisarts of een bekkenfysiotherapeut (voor o.a. de zithouding) kunnen hier goed bij helpen.